Henny en Betty Feenstra groeiden op in Lemmer en werkten in hun jeugd beiden tien jaar bij een bakker. Tegenwoordig is Henny docent en Betty directeur en bakken ze als hobby in hun keukens in Achlum en Amsterdam.
Tijdens de eerste lock-down in het voorjaar van 2020 wilde Henny vanillestaafjes kopen, maar die kon ze moeilijk vinden. Toen bleek dat op zolder bij hun mem nog een speciaal vanillestaafjesblik stond, dat Betty had meegekregen toen bakker Wynia stopte. Na de vanillestaafjes begon Henny met het maken van oranjekoek en Betty met dûmkes en belden ze steeds vaker om recepten uit te wisselen. Zo ontstond het idee voor het Friese bakboek.
